Stand van de uitvoering 2024: meer mensen verlaten Nederland, werk blijft complex
In 2024 verlieten circa zesduizend mensen Nederland aantoonbaar. Tegelijk neemt de druk op DTenV toe en zijn er te weinig plekken om intensiever in te zetten op vreemdelingenbewaring. Juridische complexiteit en het stapelen van rechtszaken maken ons werk moeilijker. De Stand van de uitvoering 2024 onderstreept ook het belang van internationale samenwerking en het behouden van aandacht voor de menselijke kant van terugkeer.
Simone Steendijk, algemeen directeur: “Terugkeer staat steeds meer in de belangstelling en een effectief terugkeerbeleid draagt bij aan het vertrouwen in het Nederlandse migratiebeleid. DTenV zorgt ervoor dat mensen die hier niet langer mogen blijven, Nederland ook daadwerkelijk verlaten. Dat doen wij op een menselijke en respectvolle manier, met oog voor persoonlijke omstandigheden.”
Druk op de uitvoering
De afgelopen jaren krijgt het terugkeerbeleid terecht steeds meer aandacht. Tegelijk zorgt de combinatie van nieuwe beleidsmaatregelen, de implementatie van wetgevingstrajecten en de mogelijke terugkeer van Syriërs en Oekraïners naar hun land van herkomst voor een flinke druk op de uitvoering. Daarbij komen er ook bezuinigingen op ons af. Omdat DTenV te maken heeft met ketenpartners die voor personele uitdagingen staan, kan niet altijd prioriteit gegeven worden aan werkzaamheden die van belang zijn voor terugkeer, zoals inbewaringstellingen.
Juridische complexiteit
De afgelopen jaren is de juridische complexiteit toegenomen. Dit komt onder meer doordat de wet- en regelgeving gebaseerd is op Europese richtlijnen, waarbij niet altijd de uitvoerbaarheid meegewogen wordt bij de totstandkoming. In de praktijk betekent dit onder meer dat mensen die Nederland moeten verlaten meer juridische mogelijkheden hebben om het vertrekproces te frustreren. Stapelen, het starten van steeds nieuwe juridische procedures, is hier een goed voorbeeld van.
Internationale samenwerking
Samenwerken is van groot belang om meer terugkeer te realiseren. Deze samenwerking vindt plaats met landen van herkomst en met Europese lidstaten. Om te komen tot effectievere terugkeersamenwerking, is meer wederkerigheid in de relatie met herkomstlanden van groot belang. Zo hebben herkomstlanden soms behoefte aan bredere vormen van samenwerking op het gebied van circulaire migratie, handel en documenttraining. De verbeterde terugkeersamenwerking met Marokko en Algerije laat zien dat investeren in internationale samenwerking loont.