Kinderen en alleenstaande jongeren

Gezinnen met kinderen en alleenstaande minderjarigen vormen bijzondere groepen voor DT&V.

Gezinnen

Gezinnen met kinderen houden recht op opvang, ook als ze Nederland moeten verlaten, tot de kinderen 18 jaar zijn. Zij worden geplaatst in op vertrek gerichte gezinslocaties. Tijdens de voorbereiding van het vertrek gaan de kinderen gewoon naar school, óók als sprake is van gedwongen vertrek. Gezinnen met kinderen die in bewaring worden gesteld, worden overgeplaatst naar een gesloten gezinsvoorziening.

Alleenstaande minderjarige vreemdelingen

Alleenstaande minderjarige vreemdelingen krijgen in Nederland altijd opvang tot het bereiken van de 18-jarige leeftijd of totdat het vertrek uit Nederland geregeld is. Alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) zijn vreemdelingen jonger dan achttien jaar, die bij binnenkomst in Nederland niet werden begeleid door een ouder of een meerderjarige bloed- of aanverwant. Alleenstaande minderjarige vreemdelingen krijgen bij aankomst in Nederland een voogd toegewezen van Stichting Nidos. De voogd vervangt de rol van de ouders van de minderjarige. De voogd kan ook aanwezig zijn in de gesprekken met de DT&V.

Bij het aanvragen van asiel volgt een alleenstaande minderjarige vreemdeling dezelfde procedure als meerderjarige asielzoekers. De IND beslist over (tijdelijke) toelating tot Nederland. Bij een afwijzing kan de rechter gevraagd worden deze beslissing te toetsen. Tijdens deze procedures krijgt de minderjarige een rechtshulpverlener en specifiek op het kind gerichte begeleiding en opvang.

Als een alleenstaande minderjarige vreemdeling niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning dan wordt hij overgedragen aan de DT&V met als doel het vertrek uit Nederland te realiseren. Dit is alleen mogelijk als er adequate opvang gerealiseerd kan worden in het land van herkomst of in een land waar zij eerder verblijf hadden. Wat adequate opvang is staat beschreven in paragraaf B8/6 van de Vreemdelingencirculaire.

De DT&V heeft speciale regievoerders aangewezen voor alleenstaande minderjarigen. Als blijkt dat de minderjarige uit Nederland kan vertrekken, neemt die contact op met de voogd om gezamenlijk het vertrektraject te bespreken. De DT&V kan vervolgens bemiddelen bij de autoriteiten van het land van herkomst en het verkrijgen van de benodigde reisdocumenten.

Als de alleenstaande minderjarige vreemdeling geen medewerking verleent aan vertrek uit Nederland en alle mogelijkheden zijn uitgeput, dan kan besloten worden tot gedwongen terugkeer. Voorwaarde is dan nog steeds dat er adequate opvang aanwezig is in het land van bestemming.

Voor alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv) die jonger zijn dan 15 jaar is er speciaal buitenschuldbeleid.